Otto (Schenck) Schenck van Nydeggen (abt. 1441 - 1518)

Born about 1441 in Goch, Gelderland, Netherlands

Ancestors

Husband of Aleid (van Goor) van Goor zu Kaldenkirchen — married 1460 in Goch,Gelderland,Netherlands

Descendants

Died 14 Apr 1518 at about age 77 in Wachtendonck, Noordrijn Westfalen , Germany

Problems/Questions Profile manager: Bea Wijma [send private message]

Otto (Schenck) Schenck van Nydeggen is gerelateerd aan Nederland.

Biography

Herr zu Walbeck Otto Schenck van Nydeggen, Drost van Wachtendonk en Geldern, overleden op 14-04-1518, begraven te Wachtendonck, zoon van Herr zu Walbeck Johann (Jan) Schenck van Nydeggen en Irmgard von Schonau (Schonauwen). Ott of Otto is stichter van de linie Horst tot Vorst Heer van Walbeck , Drost van Wachtendonck en Gelder, Ridder.

Marriage

1. Gehuwd op 10-11-1548 (getuigen: 1555 Düsseldorf) met N.N. van Gohr zu Kaldenkirchen (Goer tot Kaldenbroeck), dochter van Alard van Goor./ Otto married Aleid Van van Goor, van Kaldenbrock daughter of Allard van Kaldenbrock , Lord and Anna Monfoort or Montfort in 1412 in Blynbeek, Goch, Holland. Aleid was born about 1391 in Blynbeek, Goch, Holland.

Children

From this marriage/ Uit dit huwelijk:

1. Heinrich Herr zu Walbeck .
2. Elisabeth.Gehuwd (1) met Herrn zu Well Otto von der Bylant.Gehuwd (2) met Jacob von Domburg, Statthalter.

Regests

• 1407 eroberte der Herzog von Geldern Wachtendonk und richtete hier ein geldrisches Amt ein. Schon 1410 aber erhielten Burg und Stadt ihre Eigenständigkeit zurück und blieben bis zum Jahre 1434 im Besitz des Wilhelm von Wachtendonk ,eines Bastardsohns Herzog Reinalds von Jülich-Geldern, bis dieser dem Herzog Arnold von Geldern seine Herrschaft erblich übertrug. Damit wurde die Burg Wachtendonk zu einer landesherrlichen Burg. Ab 1436 ließ der Herzog seine neue Erwerbung umfangreich ausbauen und befestigen. Schon 1440 aber verpfändete er Wachtendonk an den Herzog von Kleve. Zwar konnte der Herzog von Geldern 1469 Wachtendonk aus dem klevischen Pfandbesitz einlösen, aber schon 1473 kamen Burg und Stadt wieder an den Herzog von Kleve. 1503/04 jedoch gelang es dem Ritter Otto Schenk von Nydeggen (seine Grabplatte befindet sich in der Pfarrkirche St. Michael), für den Herzog von Geldern Burg und Stadt Wachtendonk zurückerobern. In der Folge eines Streits mit dem Herzog erklärte sich Otto Schenk selbst zum Herrn von Wachtendonk und ließ sich 1505 die Herrschaft durch König Philipp von Kastilien als erblichen Besitz legitimieren. Aufgrund dieser und späterer Vereinbarungen hat noch 1929 (!) Franciscus Jacobus Fürst und Graf Leufkens von Anstel-Geelen als Staatsoberhaupt des Fürstentums und der Grafschaft Geelen versucht, staatsrechtliche Ansprüche über Wachtendonk geltend zu machen.
• 1501 (Juni 23) Kaerle, hertog van Gelre, etc., bekrachtigd de verklaring door Ott Schenck van Nydeggen, ridder, heer tot walbeeck, etc., in tegenwoordigheid van 's hertogs mannen van leen afgelegd, volgens dewelke Jacob, graaf to Hoerne, heer to Altenae, Kortershem, Cranendonck, etc. ten behoeve van Ott Schenck voornoemd op het leengoed, geheten Monnickenlant, een losrente van 260 Rijnse guldens heeft gevestigd. Gegeven in den jair onss Heren duysent vyffhondert ind een, op sent Johans avont Baptiste to mydzomer. Oorspr. (Inv. no. 94)., Met zegels van de oorkonder in rode was en van Ott Schenck van Nydeggen in groene was.^[1]
• Staten van het Overkwartier van Gelre 1503 februari 5 "Gegeven in den jair onss Heren duysent vijffhondert ind drye op sonnendach des vijfften daigz van den maent ffebruari" Johan van Boidbergen, erfmaarschalk van het land Gelder, Ott Schenk van Nydeggen, heer te Walbeck, drost te Gelder, ridders, Wijnant Schenck van Nydeggen, heer te Arcen, Jan Schenck van Nydeggen, heer te Blijenbeek en Afferden, Reylman Schenck van Nydeggen, heer te Walbeck, Arnt Schenck van Nydeggen, heer te Hillenraedt, Ott van den Bylant, heer te Well, Reyner van Holthusen, Engelbrecht van Breempt, drost te Straelen, Peter van Boickholt, Edewart van Boickholt, Arnt van Wachtendonck, Thijs van Kessel, Jan van Eyll, Wijnant Schelart van Obbendorp, heer te Geijsteren, Dierick, heer te Blitterswijck, Reyner van Boickholt, heer te Horst, Arnt van Boickholt, drost van het land van Kessel, Arnt van Mouwell, drost te Montfort, Wilhelm van Flymerschem, drost te Erkelenz en het land van Kriekenbeek, Jan van Breempt, Henrick van der Donck, Karell Spee namens de gezamenlijke ridders en dienstlieden van het Overkwartier, schouten, voogden, burgemeesters,, schepenen en raden der steden Roermond, Venlo, Gelder, Erkelenz, Straelen, en Nieuwstadt verklaren op verzoek van Reyner van Gelre, stadhouder van het Overkwartier krachtens bevel van Frederick, heer te Bronkhorst rm Borculo, stadhouder-generaal van gelder, en op verzoek van de andere raadslieden van de landsheer, dat zij hun landsheer trouw zullen blijven en elkaar zullen steunen^[2]
• 1503 December 23,Oisswailt, graaf van den Berg, heer van den Bylant, Frederick, heer tot Bronckhorst en Borckloe, Frederick, jonggraaf van den Bergh, heer tot Hedell, ter eenre en Margarete, vrouwe tot Boxmer en Haips, weduwe van heer Wilhem, broeder tot Egmont, heer tot Haips en Boxmer, Ott Schenck van Nydeggen, ridder, heer tot Walbeck, drost van Gelre, en zijn broeder Arnt Schenck van Nydeggen, heer tot Hillenrade, ter andere zijde,maken huwelijksvoorwaarden voor het huwelijk van Wilhem, jonggraaf van den Bergh, Oisswailts oudsten zoon, met Anna van Egmont, dochter van heer Wilhem, waarbij zij aanbrengt slot en heerlijkheid van Haips en goederen op de Veluwe, Nederbetuwe en Overbetuwe, terwijl hij aanbrengt het slot Bylant, de kerspelen Pannerden en Millingen, het slot Ulft, de kerspelen Genderingen en Etten, het slot Diedam en het kerspel Westervoort, en terwijl zij de verplichting op zich nemen, na den dood van vrouwe Margriete voorz. haar oudste dochter Maria tot zich te nemen en te doen verplegen.Gegeven in den jaren ons Heren viifftienhondert ind drie upten neysten Saterdagh na sunte Thomas' dagh des helligen apostels.
• 1505 september. Otto Schenk van Nydeggen, bewaarder van stad en slot Wachtendonk voor Karêl, hertog van Gelre, biedt Philips (de Schone),koning van Castilië enz.zijn diensten en dat goed aan tegen betaling van 20.000 rijnsguldens als vergoeding voor gemaakte kosten,indien de koning hem het goed niet erfelijk wil laten bezitten.In geval van overdracht zal de koning 25 voetknechten in die plaats legeren en Otto 400 philipsguldens 's jaars uitkeren.
• Datering: 1517 Juli 4 : Kairll hertog van Gelre verpandt op zekere voorwaarden aan heer Ot Schenck van Nydeggen, ridder, heer tot Walbeeck en drost te Wachtendonck, het slot, de stad en de heerlijkheid Wachtendonck, waarop deze den hertog 1700 gouden rijnsgld. had geschoten ^[3]
• 1505 december 26. Otto Schenk (van Nideggen) gaat met zijn bezittingen en pandschappen over naar de partij van Filips de Schone en de hertog van Kleef.
• 1507 juli.Gelderse troepen belegeren Ott Schenk van Nideggen in Wachtendonk.
• Overambt van Cuijk Ao. 1538: Adriaen van Bylant, heer van Wel, ende Jouffr. Anna van Virmont zijn huijsvr. Heer Jacob van Domborch ende vrouwe Elisabeth Schenck syn huijsvr. Van heer Ot Schenck van Nydeggen, rytter, van here Jan Schenck ende Ermgart sijnre huijsvrouwe van den have tho Kodinckhaven (?) ^[4]
• Datering: 29-11-1544 Plaats: Vierlingsbeek, Arnt Huyben en Frans Roevers, schepenen te Vierlingsbeek oorkonden, dat Michell vanden Heergraeff en Geritge e.l. verklaard hebben van Jaspar van Triest, genaamd van Beeck en Johanna e.l. ontvangen te hebben een bedrag van 50 phil.gls. - tegen een op 29 november te betalen rente van 2½ phil.gl., die gevestigd wordt op de halve tienden te Vierlingsbeek, die hebben toebehoord aan wijlen heer Ott Schenck, ridder, -. ^[5]

Sources

• Source: Fred Brouwer genealogy genealogy

1. ↑ Source: Nationaal Archief, Den Haag, Heren van Altena, nummer toegang 3.19.02, inventarisnummer 94 image 1 and Image 2and scan
2. ↑ Regest 60 Datering: 1503 februari 5 Notabene: Origineel op perkament, inv. nr. 481, met fragmenten van de zegels van Arnt Schenck van Nydeggen, heer te Hillenraedt, Reyner van Boickholt, heer te Horst, Venlo en Erkelenz. De overige zegels zijn verdwenen. Voorts zeventiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 501, f. 49-52 en achttiende eeuws afschrift op papier, inv. nr. 1338. de akte is afgedrukt in Nijhoff, Gedenkwaardigheden VI, 1, p.283-285 archieftoegang: Staten van het Overkwartier van Gelre Vindplaats: Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL) Zie ook Toegang 01.001, Inv.nr. 1338 Toegang 01.001, Inv.nr. 501 Archieven.nl
3. ↑ NB: Int jaer onss Heren duysent viiffhondert ind soeventhien, opten vierden dach Julii Oorspr. (inv. no. 354). Met de handteekening van den hertog en zijn zegel in roode was Gedrukt: Gedenkw. VI no. 856.0012 Gelderse Rekenkamer Regest: 512 Geldersch Archief
4. ↑ Source: Algem. Rijksarchief (Nationaal), Den Haag Bestand: Collectie Nassause Domeinraad H, inv. nr. 3202 Bron Oud chijnsboek van het Overambt van Cuijk Ao. 1538 Concept-transcriptie: (april 2003) door Rien van den Brand
5. ↑ Source: BIHC Toegangsnummer: 7040 Inventarisnummer: 251 Bron: Schepenbanken