Jan Scharp
Privacy Level: Open (White)

Jan Scharp (1756 - 1828)

Ds. Jan Scharp
Born in Den Haag, Zuid-Holland, Nederlandmap
[sibling(s) unknown]
Husband of — married 26 Jul 1778 (to 31 Aug 1806) in Scheveningen, Zuid-Holland, Nederlandmap
Husband of — married 13 May 1808 in Rotterdam, Zuid-Holland, Nederlandmap
Descendants descendants
Died at age 71 in Rotterdam, Zuid-Holland, Nederlandmap
Problems/Questions Profile managers: Jos de Kloe private message [send private message] and Coen van der Weijden private message [send private message]
Profile last modified | Created 17 Jun 2014
This page has been accessed 458 times.

Biography

Jan Scharp[1]

Jan Scharp (Den Haag, 1 augustus 1756 - Rotterdam, 2 maart 1828) was een Nederlands theoloog, predikant en dichter.

Jan Scharp was leerling van de Latijnse school in 's-Gravenhage. Hierna studeerde hij theologie Universiteit Leiden in Leiden. Hij werd predikant in het Zeeuwse Sint-Annaland (1778-1780), waar hij in 1779 de Psalmberijming van 1773 invoerde. In 1780 werd hij predikant te Axel en vandaar ging hij in 1788 naar Noordwijk-Binnen. Een jaar later werd Scharp predikant in Rotterdam. Hij bleef daar predikant tot 1795, toen hij ontslagen werd omdat hij, fel Oranjegezind als hij was, weigerde de eed op de Bataafse Republiek af te leggen. In 1798 ging Scharp werken als predikant onder de uitgeweken Oranjegezinde in Loga bij Leer in Oost-Friesland. In 1799 promoveerde hij tot doctor in de theologie aan de Pruisische Universiteit van Duisburg. In 1800 keerde hij als predikant terug in Rotterdam. Jan Scharp werd in 1816 benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Hij ging op 1 januari 1826 met emeritaat. Hij werd na zijn overlijden in 1828 begraven in de Laurenskerk in Rotterdam.

Scharp was een begaafd en populair prediker, van wie veel gelegenheidspreken zijn uitgegeven. Hij leverde kunststukjes als een kerkdienst die volledig op rijm was gezet en hij vertaalde een preek uit het Duits, waarin de letter 'r' niet voorkwam. Meer inhoudelijk was zijn inzet voor de verdediging van het christelijk geloof tegen met name het deïsme, zoals blijkt uit zijn Godgeleerd-historische verhandeling uit 1793 en zijn proefschrift uit 1799. Daarnaast was Scharp betrokken bij het Nederlandsch Zendeling Genootschap.

Behalve predikant was Scharp ook dichter van 9 liederen in de bundel Evangelische Gezangen uit 1807, bij de samenstelling waarvan hij betrokken was. Het gezang Alle roem is uitgesloten heeft als enige de toets des tijds doorstaan en is als lied 451 opgenomen in het Liedboek voor de Kerken. Als historicus ontpopte hij zich door de publicatie van een driedelige Geschiedenis en costumen van Axel (1787-1788) en een werk uit 1806 over het ambtsgewaad van de predikanten, Oudheid- en geschiedkundige verhandeling over de beffen en halskragen inzonderheid der kerkelijken.

Trivia De herinnering aan Jan Scharp wordt in Rotterdam levend gehouden door de straat die naar hem genoemd is, de Ds Jan Scharpstraat Er staat een fout op het naambordje te Rotterdam. Hij was geen organist, maar orangist, d.w.z. Oranjegezind. De fout is gemeld bij gemeente Rotterdam.


Jan Scharp[2]

SCHARP, JAN , * 's-Gravenhage 16 aug. 1756, f Rotterdam 2 mrt. 1828. Zn. van Abraham Scharp, hoofdgaarder van 's lands belastingen te Den Haag, en Maria Jacobs. Stud. theol. Leiden 1773; dr. theol. Duisburg 1799 (promotor: J.B. Berg). Geref. pred. SintAnnaland 1778, Axel en Zuiddorpe 1780, Noordwijk-Binnen 1788, Rotterdam 1789-1795 (afgezet), Loga (O.-Frl.) 1798, Rotterdam 1800-1826 (emer.). Hij huwde 1. op 26 juli 1778 te Scheveningen met Anna Catharina Engelcke (1760-1806); 2. op 13 mei 1808 te Rotterdam met Adriana Vonk (1749-1827), weduwe van J.F. van Durselen.

Na in de loop van zijn studie elf schoolprijzen te hebben behaald, beëindigde S. de Latijnse school in 's-Gravenhage met een rede "De modestia cum eruditione conjungenda" (1773). Daarna ging hij als Leidse student in de leer bij o.a. E. Hollebeek, in wie hij het typisch achttiende-eeuwse ideaal van de bescheiden maar geleerde theoloog zal hebben herkend. Hij hield onder diens gezag een rede "De Magni Alexandri dicto se plus Aristoteli praeceptori quam Philippo patri debuisse". Tot aan de formele scheiding van kerk en staat in aug. 1796 bleef S. een uitgesproken voorstander van de publieke of 'dominante' kerk. S. was evenwel geen scherpslijper. Hij was orthodox en beginselvast, maar tegelijk gematigd. Een gedicht op een ontslapen Zeeuwse pastoor, waarin hij de overledene beschreef als "een waardig lid der Algemeene kerk", leverde hem in 1786 als jonge predikant de nodige problemen op. Door de classis werd hij echter van elke verdenking gezuiverd. Het rem. streven naar vereniging met de gereformeerden omstreeks 1796 wees hij af.

S. ontwikkelde zich tot een van de vooraanstaande Ned. apologeten van zijn tijd. In 1792 werd hij door het 'Genootschap uit de Hervormden te Rotterdam ter verdediging van den chr. evangelischen godsdienst tegen deszelfs hedendaagsche bestrijders' aangezocht een zestal leerredenen van apologetische strekking te verzorgen. De hieruit voortgevloeide Godgeleerdhistorische verhandeling (1793) is kenmerkend voor de weerstand die de laat achttiende-eeuwse geref. theologen tegen de Duitse neologie hebben trachten te bieden. Mede vanwege S.s belezenheid biedt het werk een fraaie ingang in de toenmalige apologetiek; bovendien is zijn behandeling van moderne 'Arianen', 'Socinianen', 'Opklaarers' (Aufklärer of neologen) en 'Illuminaten' (theosofen) welhaast volledig. Te Rotterdam hield S. in 1796 intensieve gesprekken met Frederik Meyer, onder welke naam zich een lid van het adellijke geslacht Von Rantzau verschool. Deze Deen met uitgesproken deïstische sympathieën was wegens diverse inbraken ter dood veroordeeld. Direct vóór zijn terechtstelling poogde Meyer zelfmoord te plegen; hij werd ondanks een halswond bewusteloos aan de galg gehangen. Het incident heeft S. diep aangegrepen, te meer omdat hij er niet in geslaagd was de intelligente jonge Deen vóór zijn dood tot bekering te brengen. Kort nadien heeft S. de apologetische gesprekken die hij in de gevangenis had gehouden, gepubliceerd als Historische brieven. In 1799 schreef S. zich als "doctoris theologiae honores ambiens" in aan de universiteit te Duisburg en promoveerde daar nog hetzelfde jaar op een apologetische dissertatie De veterum et recentiorum obtractationibus, veritatem religionis Chiistianae non labefactantibus (1799).

S. was een begaafd en geliefd prediker. Als liefhebber van de dichtkunst kon hij zijn gehoor bijvoorbeeld verbazen met een kerkdienst waarin al het door hem uitgesprokene op rijm was. Hij vertaalde bovendien een barokke Duitse preek van J. Müllner (1647-1695) zonder de letter r. Te Axel verzorgde hij in 1785 een viertal veldpredikatiën voor de bij zijn standplaats gelegerde troepen; twee ervan werden uitgegeven. Als orangist hield S. in 1787 een geruchtmakende, anti-patriotse leerrede. In Aan mijne medeburgers (1789), een bewerkte preek, verzette hij zich in een reeks "toevoegselen" tegen de leer der volkssoevereiniteit, verdedigde hij het stadhouderschap en het Oranjehuis en prees hij het gematigde karakter van het Ned. ancien régime. Onder het gerestaureerde stadhouderlijke regime bezong hij dikwijls zijn Oranjeliefde in gezwollen verzen, vaak op de achtste maart (de verjaardag van de Prins). Ook zijn medewerking aan de uitgave van de Plegtige gebeden voor de Joodsche Gemeente te Rotterdam (gehouden in 1793, tijdens de oorlog tegen de Fransen) getuigt van zijn aanhankelijkheid aan de gevestigde orde. Later weigerde hij de eed op het nieuwe Bataafse regime af te leggen en werd hij, ondanks pogingen vanuit de gemeente om hem te behouden, in 1795 afgezet. Na gedurende een tweetal jaren als predikant te Loga (Oostfriesland) de geestelijke verzorging van Oranjegezinde uitgewekenen op zich te hebben genomen, werd hij eind 1800 in Rotterdam opnieuw in het ambt bevestigd.

S. heeft zich ondanks alles gemakkelijk in het nieuwe bestel weten in te passen. In deze tweede fase van zijn leven ontplooide hij zich vooral op cultureel vlak. Zo was hij lid van de commissie die de inhoud vaststelde van de in 1807 uitgegeven Evangelische gezangen. Negen liederen van zijn hand werden erin opgenomen. In de loop van zijn leven is hij lid geweest van niet minder dan twintig genootschappen, waaronder het Haagse "Kunstliefde spaart geen vlijt" (1779), het Nut (1789), het Ned. Zendeling Genootschap (1797), de Hollandsche Maatschappij van Wetenschappen te Haarlem en bovenal het letterkundige genootschap "Verscheidenheid en Overeenstemming" te Rotterdam (1805). Niet alleen was S. een verwoed gelegenheidsdichter, hij heeft daarenboven enkele belangrijke bijdragen geleverd aan de cultuurgeschiedenis. Voor zijn driedelige Geschiedenis en costumen van Axel werd hij door de stad met een zilveren geschenk vereerd. Vanwege zijn Verhandeling over de beffen en halskragen inzonderheid der kerkdijken (1806) kan hij beschouwd worden als een voorloper van G.D.J. Schotel met diens publicaties over 'folklore'. Een beschrijving van de slag bij Waterloo bood S. in zijn Gedenkzuil van den Nederlandschen krijgsroem (1816).

andere bronnen

TER NAGEDACHTENIS VAN DS. JAN SCHARP OVERLEDEN TE ROTTERDAM 2 MAART 1828* - DOOR DR. H.J. JAANUS [3]

Reformatorisch dagblad (27 maart 2003, p20) - Het sterfbed van Jan Scharp [4]

Documenten in Rotterdams Gemeentearchief [5]

Portretten in Rijks museum [6] en Museum Rotterdam[7]


Bibliografische informatie van Jan Scharp bij dze Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren[8]

Boeken te lezen via Google Books [9] Waaronder: Levensschets, en bloemlezing uit de geschriften, van den hoogeerwaardigen heer Jan Scharp By Jan Scharp, Willem Cornelisz. de Vlette [10]

Biografische info over Jan Scharp bij het Biografisch Portaal[11]

Jan was born in 1756. He passed away in 1828.

Sources

  1. Wikipedia
  2. Biografisch lexicon voor de geschiedenis van het Nederlands protestantisme
  3. Ter nagedachtenis van Ds. Jan Scharp - Dr. H.J. Jaanus
  4. Reformatorisch dagblad (27 maart 2003, p20)
  5. Gemeentearchief Rotterdam
  6. Rijksmuseum
  7. Museum Rotterdam
  8. Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
  9. Google Books
  10. Levensschets, en bloemlezing uit de geschriften, van den hoogeerwaardigen heer Jan Scharp
  11. Biografisch Portaal
  • Christening: Kloosterkerk, Den Haag, August 22, 1756:
"Netherlands, Zuid-Holland Province, Church Records, 1076-1916," images, FamilySearch (https://familysearch.org/ark:/61903/3:1:3QS7-89QJ-D6L3?cc=2037907&wc=SMM2-16D%3A1292923701%2C345830402%2C346534501 : 21 August 2014), Nederlands Hervormde > s-Gravenhage > image 326 of 641; Rijksarchiefdienst Nederlands, Zuid-Holland (Netherlands National Archives, Zuid-Holland).
  • Death Rotterdam 1813
  • Stadsarchief Rotterdam Baptism record for Anna Maria Wendelina Scharp, born 25-May-1791 in Rotterdam, baptised 29-May-1791 in Rotterdam, daughter of Jan Scharp and Anna Catharina Engelcke.

See also:





Is Jan your ancestor? Please don't go away!
 star icon Login to collaborate or comment, or
 star icon contact private message private message a profile manager, or
 star icon ask our community of genealogists a question.
Sponsored Search by Ancestry.com

DNA
No known carriers of Jan's DNA have taken a DNA test.

Have you taken a DNA test? If so, login to add it. If not, see our friends at Ancestry DNA.

Images: 1
Jan Scharp Image 1
Jan Scharp Image 1



Comments: 1

Leave a message for others who see this profile.
There are no comments yet.
Login to post a comment.
Scharp-14 and Scharp-52 appear to represent the same person because: clear duplicate
posted on Scharp-52 (merged) by Jos de Kloe

S  >  Scharp  >  Jan Scharp